Deze les gaat over de verschillende reflexen die in het oog plaatsvinden. Een reflex is een snelle onbewuste reactie op een prikkel. Deze prikkel kan uit het uitwendig milieu afkomstig zijn, of uit het inwendig milieu. Reflexen lopen via reflexbogen. Bij een reflexboog is altijd betrokken: een zintuigcel, een gevoelszenuwcel, de hersenstam of het ruggenmerg, een bewegingszenuwcel en een effector. Effectoren zijn altijd spieren of klieren. De hersenstam of het ruggenmerg zijn onderdelen van het centrale zenuwstelsel. De grote hersen zijn niet direct betrokken bij reflexmatige reacties. Dit omdat je je dan bewust zou worden van de reflex. De bloeddruk, de hartslag en de ademfrequentie worden door reflexen geregeld.
De pupilreflex is een voorbeeld van een onbewuste reactie van het lichaam op een lichtprikkel. Op het netvlies van het oog wordt door zintuigcellen de hoeveelheid binnenvallend licht gemeten. De door het netvlies opgevangen hoeveelheid licht veroorzaakt impulsen op de gevoelszenuwcellen die vanuit het netvlies richting de hersenstam lopen. De hersenstam verwerkt de informatie van de impulsen en stuurt via bewegingszenuwcellen de kringspieren of de straalsgewijs lopende spieren aan. Is de hoeveelheid licht op het netvlies te groot, het oog is overbelicht, dan worden de kringspieren aangezet tot samentrekken. De pupil zal zich verkleinen en er zal minder licht het oog binnenvallen. Valt er te weinig licht op het netvlies, het oog is onderbelicht, dan zal de hersenstam via bewegingszenuwcellen de straalsgewijs lopende spieren doen samentrekken. De pupil zal dan vergroten en er zal meer licht het oog binnenvallen. Door deze reflex zorgt het lichaam ervoor dat het netvlies altijd goed belicht wordt, waardoor er door het organisme altijd een duidelijk beeld van de omgeving gecreëerd kan worden.
Het accommoderen van de ooglens wordt ook door een onbewuste reflex geregeld. Accommoderen is het boller en platter worden van de ooglens. Staat een voorwerp dichtbij, dan moet de lens bol zijn om een scherp beeld van het voorwerp op het netvlies te projecteren. Staat een voorwerp ver weg, dan moet de lens plat zijn om een scherp beeld op het netvlies te projecten. Via gevoelszenuwen uit het oog krijgt de hersenstam informatie over de afstand van het voorwerp. De hersenstam stuurt via impulsen over bewegingszenuwen de spieren van het straalvormig lichaam aan. Als de spieren van het straalvormig lichaam de opdracht krijgen om zich samen te trekken, dan zal de lens bol worden. Als de spieren van het straalvormig lichaam zich ontspannen dan zal de lens plat worden getrokken. Deze reflex is niet te beïnvloeden door de wil. Door deze reflex zorgt het lichaam ervoor dat het organisme altijd een scherp beeld van de omgeving kan waarnemen.
Er zijn drie onderdelen in het oog betrokken bij het accommoderen van de lens. De spieren van het straalvormig lichaam, de lensbandjes en natuurlijk de lens zorgen er gezamenlijk voor dat organismen is in staat zijn een scherp beeld van hun omgeving waar te nemen. Hoe dat mechanisme van accommoderen nu exact werkt is hieronder te lezen en te zien.
De lens zorg door te accommoderen ervoor dat er altijd een scherp beeld op het netvlies wordt geprojecteerd. De lens is elastisch en makkelijk vervormbaar. Als we de lens uit het oog zouden halen, dan neemt de lens uit zichzelf een bolle vorm aan. De lens is dus van nature bol. De lens is met lensbandjes opgehangen aan een ringvormige spier, het straalvormig lichaam. Als de spieren van het straalvormig lichaam samentrekken dan wordt de diameter van het straalvormig lichaam kleiner. Hierdoor komen de lensbandjes slap te hangen. De lens neemt hierdoor zijn oorspronkelijke bolle vorm aan. Je kunt nu van dichtbij scherp zien. Je lens in bol bij het lezen van een boek.
Als de spieren van het straalvormig lichaam zich ontspannen, dan neemt de diameter van het straalvormig lichaam toe. De lensbandjes worden strak getrokken. De strak getrokken lensbandjes rekken de lens uit. De lens krijgt hierdoor een platte vorm. Je kunt met een platte lens beelden van veraf scherp waarnemen. Als je kijkt naar de meester of juf voorin de klas dan is je lens plat.