MERS
In 2012 werd in het Midden-Oosten bij verschillende patiënten een zeer ernstige longontsteking geconstateerd die veroorzaakt werd door een tot dan toe onbekend virus. In meer dan 30 procent van de ziektegevallen overleed de patiënt. Het was dus belangrijk om de ziekteverwekker en de bron van de infectie te bepalen. De ziekte kreeg de naam MERS (Middle
East Respiratory Syndrome). De virusinfectie leidt tot een heftige ontstekingsreactie in de longen, waarbij vocht, eiwitten en afweercellen uit de haarvaatjes in de longblaasjes terechtkomen. Hierdoor wordt de gaswisseling ernstig belemmerd en ontstaat zuurstoftekort.
Mensen met MERS hebben heftige hoestbuien. Doordat bepaalde ademhalingsspieren samentrekken wordt er lucht en vocht uit de longen verwijderd.
(2p)Welke spieren trekken samen tijdens de uitademing?
Bij een hoestbui moet je het volume van de borstkast (extreem) verkleinen.
Het middenrif moet hierbij omhoog. Dit gebeurt als de spieren van het middenrif ontspannen zijn. Deze doen dus niets.
De buikspieren spannen aan, zodat de ingewanden omhoog worden gedrukt en het middenrif nog iets verder omhoog drukken. Buikspieren trekken dus samen.
Binnenste tussenribspieren helpen de zwaartekracht. Bij extreme verkleining van de borstholte trekken deze binnenste tussenribspieren de borstkast helemaal naar beneden. Deze werken dus ook mee bij hoesten.
Bij een hoestbui moet je het volume van de borstkast (extreem) verkleinen.
Het middenrif moet hierbij omhoog. Dit gebeurt als de spieren van het middenrif ontspannen zijn. Deze doen dus niets.
De buikspieren spannen aan, zodat de ingewanden omhoog worden gedrukt en het middenrif nog iets verder omhoog drukken. Buikspieren trekken dus samen.
Binnenste tussenribspieren helpen de zwaartekracht. Bij extreme verkleining van de borstholte trekken deze binnenste tussenribspieren de borstkast helemaal naar beneden. Deze werken dus ook mee bij hoesten.