Intermediair fenotype

Intermediair fenotype

In voorgaande lessen heb je gelezen en geleerd dat we bij erfelijkheidsvraagstukken altijd maar te maken hebben met twee allelen voor één erfelijke eigenschap. In werkelijkheid is de genetica natuurlijk veel ingewikkelder. In werkelijkheid kan het zo zijn dat er voor één erfelijke eigenschap meer allelen zijn dan twee. Wanneer er voor één eigenschap meer dan twee allelen zijn dan noemen we dat multiple allelie. Bij multiple allelie is er altijd meer dan één allel dominant. In het voorbeeld hieronder gaan we uit van twee dominante allelen en één recessief .   

Multiple allelen

Als er sprake is van meerdere allelen, dan veranderd de schrijfwijze van de genotypen ook. De betreffende dominante allelen worden dan weergegeven op een willekeurig gekozen hoofdletter. In onderstaand voorbeeld is er gekozen voor de letter K, omdat het de eigenschap Kleur betreft van de bloem. De dominante allelen worden dan iets kleiner op of onder deze hoofdletter weergegeven. In het voorbeeld hieronder zie je de dominante allelen wit (W) en rood (R) op de juiste manier genoteerd.

Genotype van meerdere allelen

Je zou denken: twee dominante allelen in één genotype. Welke baasspeler komt dan tot uiting in het fenotype. Bij onvolledige dominantie ontstaat er in het fenotype een mengvorm van beide dominante allelen. Als je rood mengt met wit, ontstaat er roze. Er ontstaan dan roze bloemen. Maar er kan ook sprake zijn van codominantie. In dat geval ontstaat er in het nageslacht geen mengvorm, maar komen beide allelen echt tot uiting. In het geval van de roos zullen delen van de roos rood zijn en delen van de roos wit zijn. Het fenotype van de roze roos en de gespikkelde roos noemen we een intermediair fenotype.

iNTERMEDIAIR FENOTYPE 1
Intermediar fenotype

VIDEO'S

toetsen

NOG MEER LEREN?

EXTRA lesstof

krantenartikelen

Downloads