Quinoa
Anouk heeft tuinbouw en akkerbouw aan de HAS Hogeschool gestudeerd. Tijdens haar stage in Peru heeft ze kennisgemaakt met de teelt van
quinoa. Als ze na haar studie het akkerbouwbedrijf van haar ouders overneemt, besluit ze ook quinoa te gaan telen. Quinoa (Chenopodium quinoa,
afbeelding 1)
is een gewas dat al eeuwen geteeld wordt in Bolivia en Peru. De plant vormt grote trossen met kleine eetbare zaadjes die een
hoge voedingswaarde hebben. Quinoa is een zeer tolerant gewas, vooral wat droogte betreft. Het verdraagt zowel hoge temperaturen als nachtvorst, en kan ook op verzilte bodems groeien.
Anouk zaait de quinoa in maart. Nadat de zaden gekiemd zijn, groeien de planten goed. De biomassa van quinoaplanten kan snel toenemen: in vijf
maanden groeit er uit een zaadje een forse plant van 1 tot 1,5 meter hoogte. Steeds meer landbouwgronden verzilten: het grondwater wordt zouter
door binnendringend zeewater. Ook de akkerbouwgrond van Anouk verzilt langzaam. De meeste landbouwgewassen kunnen daar niet goed tegen.
Quinoa is zouttolerant omdat het veel meer zout-ionen zoals Na+ en Cl– opneemt dan andere landbouwgewassen. Deze zoutionen worden na opname in de wortel via de vaatbundels naar de bladeren vervoerd. Daar worden ze opgeslagen in gespecialiseerde epidermiscellen die een uitstulping hebben: de zoutblaas (afbeelding 2). In die zoutblaas bevindt zich een vacuole waar zout-ionen in hoge concentraties kunnen worden
opgeslagen. Over de opslag van zout-ionen in de epidermiscellen van quinoa worden de volgende uitspraken gedaan:
1 Door de opslag van zout-ionen wordt de vacuole hypotoon ten opzichte van de rest van de cel.
2 De opname van zout-ionen in de vacuole in een zoutblaas verloopt via membraaneiwitten.
3 De opname van zout-ionen in de vacuolen van de zoutblazen kost ATP.
(2p)Schrijf de nummers 1, 2 en 3 onder elkaar en noteer erachter of de betreffende uitspraak juist of onjuist is.
Als deze cellen zout opslaan in de vacuole. dan komen daar meer opgeloste deeltjes tov omringende cellen. De vacuole wordt dan dus hypertoon
Na+ en Cl- zijn ionen die kunnen niet zomaar door het membraan heen, daar zijn transporteiwitten voor nodig
Zout transporteren van een gebied met een lage concentratie naar een gebied met een hoge concentratie moet via actief transport. Dit kost ATP
Als deze cellen zout opslaan in de vacuole. dan komen daar meer opgeloste deeltjes tov omringende cellen. De vacuole wordt dan dus hypertoon
Na+ en Cl- zijn ionen die kunnen niet zomaar door het membraan heen, daar zijn transporteiwitten voor nodig
Zout transporteren van een gebied met een lage concentratie naar een gebied met een hoge concentratie moet via actief transport. Dit kost ATP