De impulsgeleiding in het hart kan op de huid met electroden worden gemeten en grafisch worden weergegeven in een elektrocardiogram. Uit de ECG is de activiteit van de boezems en de kamers van het hart af te lezen. De P top geeft samentrekken (systole) van de boezems weer. De R top stelt het samentrekken (systole) van de kamers weer. De T top geeft het herstel (diastole) van de kamers weer. Ook de boezems herstellen na het samentrekken, maar boezemherstel valt samen met de kamersystole en is daardoor niet zichtbaar op het ECG.