Erfelijkheidsleer is het onderzoek naar genen en de overerving van deze genen bestudeert. Gregor Mendel is de grondlegger van de moderne erfelijkheidsleer. De monnik Johann Gregor Mendel (1822-1884) is de grondlegger van de erfelijkheidsleer. In de tuin van het klooster bestudeerde hij kruisingen tussen erwtenrassen. Hij bemerkte dat het overerven van kenmerken volgens bepaalde wetten verliep. De resultaten van zijn onderzoek publiceerde hij in 1865, maar de wetenschappelijke wereld van die tijd begreep zijn werk niet.  Zestien jaar na zijn dood werden de erfelijkheidswetten door drie wetenschappers herontdekt. Uit eerbied voor de monnik werden de erfelijkheidswetten de 'wetten van Mendel' genoemd.