Hypofyse

De hypofyse is de belangrijkste hormoonklier van het lichaam. De hypofyse beinvloedt met de hormonen die hij produceert vele andere perifere hormonenklieren en weefsels. De hypofyse zelf staat weer onder invloed van de hypothalamus. De hypothalamus bestaat uit speciale zenuwen. In plaats van neurotransmitters maken de zenuwen van de hypothalamus hormonen. De zenuwen van de hypothalamus die hormonen produceren heten neurosecretoire (zenuw) cellen. De hormonen die deze cellen produceren heten neuro hormonen. Het zijn de neurohormonen van de hypothalamus die de cellen van de hypofyse als doelcellen hebben. De hypothalamus maakt drie hormonen. ADH, oxytocine en RH. De neurohormonen ADH en oxytocinen worden door de neurosecretoire cellen afgegeven aan de hypofyse achterkwab. Vanuit deze achterkwab stromen deze twee hormonen door het lichaam, op zoek naar de doelcellen in de baarmoeder en melkklier (oxytocine) en de cellen van de nier (ADH). De RH's die ook gemaakt worden door de hypothalamus beinvloeden de hypofyse voorkwab. RH betekent Releasing Hormones. RH's zetten de hypofyse voorkwab aan tot het aanmaken en vrij laten van diverse hormonen. Onder invloed van de RH's uit de hypothalamus maakt de hypofyse voorkwab de volgende hormonen: GH, TSH, ACTH, LH, FSH. Deze hormonen worden ook in de hypofyse voorkwab afgegeven aan het bloed en vinden via de bloedbaan hun doelcellen in de diverse weefsels en de perifere klieren.

invloedenhypofysehypothalamus

De hormonen geproduceerd door de hypofyse voorkwab vinden vroeg of laat hun doelcellen in de diverse weefsels van het lichaam. Deze hormonen hebben ook een bepaalde boodschap voor deze weefsels. De doelcellen van GH liggen in de botten en veel andere weefsels. Het hormoon heeft een boodschap voor deze cellen, en de boodschap is: ga delen!  Prolacine heeft als doelcellen de melkklieren in de borsten van de (zwangere) vrouw. De booschap van prolactine aan dit weefsel is: ga melk produceren. Op deze manier sturen de hypofyse homonen diverse weefsels in het lichaam aan. Maar de hypofyse hormonen zetten ook diverse perifere hormoonklieren aan tot de productie van perifere hormonen. Onder invloed van TSH, ACTH, LH en FSH worden de perifere hormoonklieren als de schildklier, bijnieren en de gonaden aangezet tot de productie van hun  perifere hormonen.

Hypofyse

89C

   

De perifere klieren, zoals de schildklier, bijnieren, testis (teelballen) en eierstokken beinvloeden met hun perifere hormonen de doelweefsels en doelcellen. Daarnaast beinvloeden de perifere hormonen ook een eigen productie door de processen waaruit deze hormonen voortkomen te beinvloeden. Negatieve feedback zorgt ervoor dat de concentraties perifere hormonen constant blijft. Bij negatieve feedback remmen grote concentaties perifeer hormoon de productielijn waar ze uit voortkomen erg. Bij lage concentraties perifere hormonen remmen deze hormonen de productielijn waar ze uit voortkomen minder, waardoor hun eigen concentratie weer zal toenemen.

Hormooninvloeden