Hormonen en hun invloed op het lichaam.
Hormonen worden gemaakt in hormoonklieren in het lichaam. Hormoonklieren geven deze hormonen af aan het bloed. Hormonen zijn eiwitachtige stofjes die een speciale boodschap hebben voor speciale weefsels. Een hormoon wordt afgegeven aan het bloed en stroom dan met de bloedstroom mee door het gehele lichaam. Langs alle cellen. Je kunt een hormoon best goed vergelijken met een brief in een enveloppe. De brief is ook maar voor een individu bedoeld en de postbode stopt de brief ook maar in één brievenbus. Alleen degene bij wie deze brief in de bus valt zal de enveloppe openmaken en de inhoud van de brief lezen.
De doelcellen van het hormoon hebben een speciaal eiwit op de celmembraan waar het hormoon aan kan koppelen. Als het hormoon koppelt aan een specifieke receptor dan krijgt de cel van het hormoon een opdracht om uit te voeren. De cel moet dan de opdracht van het hormoon uitvoeren. De opdrachten die de hormonen hebben hangt natuurlijk af van het soort hormoon. Maar hormonen kunnen cellen zich laten delen, “slapende”cellen en weefsels wakker schudden of je emoties beïnvloeden
Hormonen hebben een invloed op de emotionele- en lichamelijke ontwikkeling van (jonge) mensen. Rond de pubertijd worden veel weefsels van jonge mensen aangestuurd door opdrachten van de hormonen. Kinderen gaan ineens hard groeien, spieren vormen, zaadcellen produceren, ongesteld worden of overal haar krijgen. Alle secundaire geslachtskenmerken ontstaan in de puberteit onder invloed van vele hormonen.
Echter hormonen hebben ook doelcellen in een speciaal deel van de hersenen. Als specifieke hormonen koppelen aan bepaalde delen van de hersenen dan ervaar je dat als een emotie. Ook emoties worden dus gereguleerd door hormonen. In de puberteit komen allemaal nieuwe hormonen vrij. Deze nieuwe hormonen koppelen dan aan je hersenen en kunnen dan nieuwe emoties oproepen. Emoties die je nog nooit eerder hebt gevoeld. Omgaan met al deze nieuwe emoties en de lichamelijke veranderingen maakt de puberteit voor veel leerlingen verwarrend en moeilijk.
Laten we nu eens proberen concreet te worden en de werking van hormonen uit te leggen aan de hand van het hormoon testosteron. De hypofyse maakt een hormoon en dat hormoon is bedoeld voor de teelbal, en de opdracht is: ga testosteron produceren. De cellen van de teelbal doen wat ze is opgedragen, namelijk testosteron produceren. Maar testosteron is zelf ook weer een hormoon. Testosteron heeft twee doelcellen. De doelcellen zijn de cellen van de teelbal zelf en de spieren van het lichaam. Voor beide cellen (weefsels) heeft testosteron een andere boodschap. Voor de cellen van de teelbal is de boodschap: ga zaadcellen produceren. De spieren krijgen van testosteron te horen dat ze nu eindelijk eens groter en dikker moeten worden.