FSH

Afkorting van follikelstimulerend hormoon. Hormoon dat in de hypofyse wordt gemaakt en de follikelrijping in de eierstok van de vrouw stimuleert. FSH zet het groeiende follikel ook aan tot de productie van oestadiol. Oestradiol zorgt voor verdikking van het baarmoederslijmvlies.
Fructose

Fructose of vruchtensuiker, is een monosacharide (een enkelvoudige suiker) met als formule C6H12O6. Fructose komt onder andere voor in zoete vruchten. In sacharose (riet- en bietsuiker) is fructose gebonden aan glucose (druivensuiker).
Fotosynthese, intensiteit van

De snelheid waarmee glucose wordt gevormd en zuurstof ontstaat bij fotosynthese. Afhankelijk van de temperatuur en of er beperkende factoren zijn. In de fotosynthese kunnen licht, water en koolstofdioxide de beperkende factoren zijn die de snelheid van de fotosynthese nadelig kunnen beïnvloeden.
Fotosynthesereactie (netto)
De plant produceert in de zon met water en koolstof glucose. Een deel van deze glucose gebruikt de plant voor alle metabole processen. Niet-gebruikt glucose wordt opgeslagen in de vorm van zetmeel. Wat de plant na dissimilatie van glucose overhoudt voor opslag in de vorm van zetmeel is de nettoproductie.
Fotosynthese

Koolstofassimilatie waarbij lichtenergie wordt benut. Anorganische stoffen zoals water en koolstofdioxide worden omgezet in glucose en zuurstof. Fotosynthese vindt plaats in alle autotrofe organismen (groene planten) en sommige bacteriën. De fotosynthese is “ontdekt” door de Nederlander Jan Ingenhausz met zijn bekende luchtreinigingsexperimenten.
Fotoreceptoren

Een speciaal type zintuigcel dat aanwezig is in het netvlies en in staat is om licht om te zetten in zenuwimpulsen. In het netvlies zitten staafjes en kegeltjes. De staafjes gebruik je ’s nachts. De kegeltjes overdags. De staafjes hebben een lage prikkeldrempel voor licht, de kegeltjes hebben een hoge prikkeldrempel voor licht. Met […]
Fotopigmenten

Een proteïne kleurstof, gebonden aan het netvlies in de zintuigcellen van het oog, de staafjes en kegeltjes. Deze fotopigmenten in de zintuigcellen zijn vooral gevoelig voor lichtprikkels en zetten deze lichtprikkels om in een impuls. Deze impuls wordt via sensorische zenuwen naar de hersenen gestuurd, waar men zich vervolgens bewust wordt van de prikkel door […]
Foto-autotroof

Organismen (planten) die in staat zijn tot opbouw van eigen organisch materiaal uit anorganisch materiaal, dankzij zonlicht (fotosynthese). Foto-autotrofe organismen halen anorganische stoffen zoals koolstofdioxide, en water uit het milieu, en zetten deze anorganische stoffen met behulp van zonlicht in hun bladgroenkorrels om in organisch glucose.
Fossiele brandstoffen

Restanten van organische verbindingen van planten en dieren die onder grote druk en lange tijd zijn ontstaan. Fossiele brandstoffen zijn koolstofreservoirs, waarin tussen de koolstofatomen nog veel (zonne)-energie ligt opgeslagen. Worden deze fossiele brandstoffen verbrand, dan komt de opgeslagen (zonne)-energie vrij. Ook komen bij verbranding koolstofdioxidemoleculen en water vrij.
Fossielen
Versteende resten van de harde delen van een plant of een dier.