Dipeptiden

Een molecuul dat bestaat uit twee aminozuren.
Dikke darm

Deel van het spijsverteringsstelsel na de dunne darm. In de dunne darm vindt resorptie van water plaats. Ook zitten er in de dikke darm vele bacteriën die onverteerbare voedingsvezels uitwendig verteren. Bij deze vertering komt glucose vrij.
Dihybride kruising
Di’ staat voor twee, dus een kruising waarbij op twee verschillende eigenschappen van de ouders wordt gelet. Bij een monohybride kruising wordt er gelet op één erfelijke eigenschap.
Diffusie

Verplaatsing van (opgeloste) stoffen vanaf een plaats met een hoge concentratie naar plaatsen met een lage concentratie van die stof. Diffusie kan plaatsvinden in gas en vloeistof. Diffusiesnelheid is afhankelijk van: de concentratieverschillen, de temperatuur, de afstand, het diffusie oppervlakte en het medium.
Dieren
Alle organismen zonder celwand rond de cellen en met een celkern.
Diepe uitademing
Onder invloed van de zwaartekracht zakt de borstkast naar beneden. Naast de invloed van de zwaartekracht op de borstkast trekken de binnenste tussenribspieren zich bij een diepe uitademing samen, hierdoor daalt de borstkast nog extra. De spieren van het middenrif ontspannen, waardoor het middenrif bol wordt. Al deze spierbewegingen zorgen ervoor dat de borstholte kleiner […]
Diepe inademing
Bij een diepe inademing zijn meerdere spiergroepen betrokken. De buitenste tussenribspieren trekken zich samen waardoor de borstkast omhoog en naar voren gaat. Ook trekken de spieren in de hals zich samen. Hierdoor gaan de ribben en het borstbeen nog verder omhoog en naar voren. Ook de spieren van het middenrif trekken samen, waardoor het middenrif platter […]
Dichtheidsonafhankelijke factoren

Factoren die de populatie beïnvloeden, los van de grootte van de populatie. Denk aan invloeden van het klimaat zoals een strenge winter of extreem droge tijden. Het maakt niet uit of de populatie groot of klein is, alle individuen in de populatie hebben last van deze factor uit het milieu.
Dichtheidsafhankelijke factoren

Factoren die de populatiedichtheid beïnvloeden. Bij een grote populatie neemt deze invloed toe, bij een kleine populatie neemt deze invloed af. Predatie, ziekte en concurrentie zijn invloeden die groter worden als de populatie stijgt en zijn dus dichtheidsafhankelijke factoren.
Detritus
De bovenste laag van de bodem, die dode resten en andere afvalproducten van organismen bevat. Bij nauwkeurige bestudering van deze laag zijn de restanten van de organismen in deze laag nog te vinden.