Commensalisme

Samenlevingsvorm of interactie tussen twee organismen waarbij de samenlevingsvorm het ene organisme positief beïnvloedt en de andere organisme geen voordeel of nadeel van de relatie ondervindt.
Codon

Voor de code van één aminozuur zijn drie opeenvolgende nucleotiden nodig. Drie opeenvolgende nucleotiden op het m-RNA noem je een codon. Op basis van deze codons worden de aminozuren bij de eiwitsynthese aaneengeregen tot een polypeptide keten. In de genetische code bevinden zich 64 verschillende codons. Deze 64 verschillende codons coderen voor 20 aminozuren.
Code, genetische

Het geheel aan erfelijke informatie op het DNA. Het DNA van de mens bestaat uit ongeveer 3 miljard basenparen. Deze 3 miljard basenparen coderen voor ongeveer 20.000 erfelijke eigenschappen. De genetische code is geschreven in de vier letters: G, C, A en T. Via m-RNA wordt in het cytoplasma van de cel deze genetische code […]
Climaxecosystemen

Eindstadium van de successie. Het ecosysteem dat tot uiting komt als het milieu niet wordt beïnvloed door ingrijpen van de mens. Een climaxvegetatie is constant qua populatiedichtheid en soorten samenstelling. In Nederland is het Elzen-Broekbos eindstadium van de successie.
Chromosoom, Y-

Chromosoom dat in lichaamscellen van mannen in enkelvoud voorkomt en dat ontbreekt bij vrouwen. Op het Y-chromosoom ligt het SRY-gen. De eigenaar van het SRY-gen groeit in de ontwikkeling uit tot een man.
Chromosoom, X-

Chromosoom dat in lichaamscellen van vrouwen in tweevoud voorkomt en in lichaamscellen van mannen in enkelvoud.
Chromosomenportret

Ook wel een karyogram. Dat is de weergave van de chromosomen (van de mens) nadat ze naar grootte gerangschikt en in (23) paren gegroepeerd zijn.
Chromosomenparen

In een diploïde cel (2n) komen bij de mens de 46 chromosomen voor in 23 paar chromosomen. 23 chromosomen komen van je pa, 23 chromosomen komen van je ma.
Chromosoom

Strak opgewonden DNA rondom histonen (eiwitten). De celkern van de cel bevat alleen chromosomen als de cel zich bevindt in de M-fase van de celcyclus. Eén chromosoom bestaat uit 2 chromatiden. Elk chromatide is een strak opgewonden streng DNA. Chromosomen bevatten de erfelijke eigenschappen van het organisme
Chromatiden

Tijdens de kerndeling verkeren chromosomen in een verdubbelde toestand. Beide chromatiden zitten dan op één plaats aan elkaar (het centromeer). Een chromosoom bestaat in de M-fase uit twee chromatiden.