Boezem

Boezems

Bovenste holtes van het hart. De boezems ontvangen bloed dat komt uit het lichaam en pompen dat bloed de kamers in. De linkerboezem ontvangt via de longader zuurstofrijk bloed uit de longen, de rechter boezem ontvangt via de holle ader zuurstofarm bloed vanuit de weefsels van het lichaam.  

BMI

Body Mass Index. Geeft een indicatie voor onder- of overgewicht.

Bloedvaten

bloedvaten

Aders en slagaders waardoor het bloed stroomt. Bloedvaten zijn flexibel en glad van binnen. Er zijn aders, slagaders en haarvaten. Slagaders in de grote bloedsomloop vervoeren zuurstofrijk bloed naar de organen en weefsels. Aders vervoeren in de grote bloedsomloop zuurstofarm bloed weg van de weefsels en organen. In de dunste bloedvaten, de capillairen, vindt de […]

Bloedtransfusie

Een patiënt die veel bloed heeft verloren ontvangt bloed van een donor. Het universele donorbloed is bloed met bloedgroep O. De universele bloedacceptoren zijn mensen met bloedgroep AB. Donorbloed bevat bloedplasma en rode bloedcellen. Geen antistoffen en witte bloedcellen.

Bloedsuikerspiegel

alvleesklier

Gehalte aan glucose in het bloed uitgedrukt in millimol per liter. De bloedsuikerspiegel wordt gereguleerd door insuline en glucagon. Is de bloedsuikerspiegel te hoog, dan produceren de Betacellen van de alvleesklier insuline. Door insuline zakt de bloedsuikerspiegel. Is de bloedsuikerspiegel te laag, dan produceren de alphacellen glucagon. Hierdoor stijgt de bloedsuikerspiegel weer.

Bloedstolling

Het van de vloeibare in de vaste toestand overgaan van bloed. Bloedstolling wordt veroorzaakt door: bloedplaatjes, stollingsfactoren (eiwitten) in het bloed en door witte bloedcellen die kleine wondjes kunnen dichten.

Bloedsomloop, kleine

bloedsomloopklein

De rechterkamer van het hart pompt het bloed via de longslagader naar beide longen. In de longen geeft het bloed koolstofdioxide af, en neemt het zuurstof op. Vanuit de longen stroomt het zuurstofrijke bloed via de longader naar de linkerharthelft.

Bloedsomloop, grote

bloedsomloopgroot

De linkerkamer van het hart pompt het bloed via de aorta heel het lichaam door. Dit heet de grote bloedsomloop. Door de grote bloedsomloop worden de cellen voorzien van zuurstof en voedsel en worden afvalstoffen weggevoerd van de cellen.    

Bloedsomloop, enkelvoudige

bloedsomloopenkel

Per omloop door het gehele lichaam stroomt het bloed maar één keer door het hart. Vanuit het hart stroomt het bloed naar de organen en vanuit de organen stroomt het bloed direct door naar het gaswisselingsorgaan om koolstofdioxide af te geven en zuurstof op te nemen. Veel koudbloedige organismen hebben een enkelvoudige bloedsomloop.

Bloedsomloop, dubbele

bloedsomloop

Per omloop door het gehele lichaam stroomt het bloed twee keer door het hart. Bij de kleine bloedsomloop stroomt het bloed vanuit het hart richting de longen en bij de grote bloedsomloop stroom het bloed vanuit het hart richting de organen.