Vaccinatie
Het inbrengen van verzwakte, gedode, of in stukje gehakte ziekteverwekkers met als doe het immuunsysteem te activeren en immuniteit tegen de ziekteverwekker (pathogeen) te verkrijgen. Vaccinatie is een vorm van kunstmatige actieve immuniteit
Vaatvlies
Eén van de vliezen in het oog. Het vaatvlies ligt tussen het netvlies en de harde oogrok. Het vaatvlies bevat veel bloedvaten en zorgt voor de voeding van een groot deel van het oog. Aan de voorkant van het oog gaat het vaatvlies over in de iris.
Urinebuis
Een holle cilindervormige ruimte die de sperma en urine uit het lichaam naar buiten begeleidt. De urinebuis zit aangesloten op de blaas, zaadblaasjes, prostaat en de bijballen.
Urine
Urine is een lichaamsvloeistof met afvalstoffen, overtollige stoffen die door mensen en andere gewervelden via de urinewegen wordt afgescheiden.De afvalstoffen zijn eerst door de nieren uit het bloed gefilterd. Nadat deze in een urineblaas is opgeslagen wordt de urine via de urinebuis uit het lichaam geloosd.
Ammoniak
Ureum is een stikstofhoudende organische verbinding met als molecuulformule (NH2)2CO. Ureum wordt gevormd door ammoniak te laten reageren met CO2. Ammoniak en ureum zijn afvalproducten van de eiwitstofwisseling. Bij de eiwitstofwisseling in de lever wordt van het aminozuur de aminogroep (NH2) verwijderd. Het verwijderen van aminogroepen heet deaminering. De overgebleven koolstofskeletten kunnen in de mitochondriën worden verbrand.
Deaminering
Ureum is een stikstofhoudende organische verbinding met als molecuulformule (NH2)2CO. Ureum wordt gevormd door ammoniak te laten reageren met CO2. Ammoniak en ureum zijn afvalproducten van de eiwitstofwisseling. Bij de eiwitstofwisseling in de lever wordt van het aminozuur de aminogroep (NH2) verwijderd. Het verwijderen van aminogroepen heet deaminering. De overgebleven koolstofskeletten kunnen in de mitochondriën worden verbrand.
Ureum
Ureum is een stikstofhoudende organische verbinding met als molecuulformule (NH2)2CO. Ureum wordt gevormd door ammoniak te laten reageren met CO2. Ammoniak en ureum zijn afvalproducten van de eiwitstofwisseling. Bij de eiwitstofwisseling in de lever wordt van het aminozuur de aminogroep (NH2) verwijderd. Het verwijderen van aminogroepen heet deaminering. De overgebleven koolstofskeletten kunnen in de mitochondriën worden verbrand.
Uitwendig milieu
Inhoud van het darmstelsel en de longen en het uitscheidingsstelsel behoren tot het uitwendig milieu. De samenstelling van het uitwendig milieu is niet constant. Het bloed, weefselvloeistof en lymfevloeistof is het inwendig milieu. De samenstelling van dit milieu is wel constant.
Uitwendig skelet
Een skelet dat de zachte delen van het lichaam beschermt en waaraan de bewegingsspieren zitten vastgehecht. Meestal aangetroffen bij ongewervelde dieren. Slakkenhuisjes zijn voorbeelden van een uitwendig skelet. Vogels, vissen en zoogdieren hebben een inwendig skelet.
Uitsterven
Wanneer een soort ophoudt te bestaan. Uitsterven kan worden veroorzaakt door een gebrek aan genotypische variatie en de daaraan gekoppelde beperkte fenotypische plasticiteit van een soort, waardoor deze niet meer kan voldoen aan de eisen van het milieu. Darwin zag als een van de eerste in dat er meer soorten uitstierven dan er ontstonden. Dit […]
