Voor de opbouw van eiwitten heeft het lichaam de aminozuren uit het voedsel nodig. Niet essentiële aminozuren kan de lever zelf maken uit andere niet essentiële aminozuren. Door het verbouwen van deze aminozuren kan het lichaam toch aan de benodigde aminozuren komen voor de productie van een eiwit, ook al zitten deze aminozuren niet in het voedsel. Het ombouwen van een niet essentieel aminozuur naar een ander niet essentieel aminozuur waar het lichaam behoefte aan heeft heet transanimeren.