Bevruchting
Als een organisme zich geslachtelijk wil voortplanten, dan moeten er altijd voortplantingscellen versmelten. Ook mensen planten zich geslachtelijk voort. Ook hier zullen dan twee voortplantingscellen moeten versmelten. Op de bovenste illustratie zie je de voortplantingscel van de man (zaadcel) die de voortplantingscel van de vrouw (eicel) bevrucht. De eicel is bevrucht door de zaadcel als de cellen met elkaar zijn versmolten. Ook planten kunnen zich geslachtelijk voortplanten. Bij planten maken de mannelijke voortplantingsorganen stuifmeelkorrels. De vrouwelijke voortplantingsorganen van de bloem maken eicellen. Als de stuifmeelkorrels terecht komen op de stempel van de stamper, dan zullen de stuifmeelkorrels de eicellen die in het vruchtbeginsel van de stamper liggen bevruchten. Ook bij planten moet voor bevruchting de kern van de zaadcel versmelten met de kern van de eicel.
Als de eicellen in de zaadbeginsels zijn bevrucht door de kernen van de stuifmeelkorrels, dan komen er een heleboel veranderingen op gang. De bevruchte eicel gaat langzaam uitgroeien tot een kiemplantje. Het zaadbeginsel waar de eicel in zit, gaat na de bevruchting uitgroeien tot een zaadje. Als je goed kijkt naar onderstaande afbeelding, dan kan je de zaadjes in de vruchten zien zitten. Het vruchtbeginsel van het vrouwelijke geslachtsorgaan verandert langzaam in een vrucht. Hieronder zie je de bloemen en de vruchten van de Judaspenning. De onderdelen van de vruchten zijn benoemd. Als je goed naar de vruchten kijkt – het zijn niet meer dan dunne vliesjes – dan kan je daar nog onderdelen van de bloem in herkennen.
In onderstaande video wordt door leerlingen uit 6 vwo uitgelegd hoe na bestuiving en bevruchting uit een bloem een vrucht met zaden kan groeien.
In de afbeeldingen hierboven is aangegeven hoe de onderdelen van de bloem terug te vinden zijn in de de vrucht die uit de bloem groeit nadat bevruchting heeft plaatsgevonden. Als je nauwkeurig in de natuur naar de bloemen, en vruchten kijkt dan zal je zien dat deze overeenkomsten in alle bloemen en vruchten is terug te vinden.